Monthly Archives: June 2015

Het narcisme van de massa

We hebben met z’n allen een fout gemaakt.

Geen grove fout ofzo. Hij staat in een boekje dat je waarschijnlijk nog nooit gezien hebt: de DSM 4, ofwel de Diagnostic Statistic Manual of Mental Disorders, ofwel het handboek voor wat normaal en wat abnormaal gedrag is. We hebben het over narcisme.

We denken allemaal dat we geen narcisten zijn.

Mensen vergissen zich in de DSM diagnostiek omdat die specifiek zegt dat je ‘delusies van grootheid’ moet hebben. “Oh dat heb ik niet” zeggen we en we gaan verder met ons leven. In werkelijkheid maken we deel uit van de meest narcistische generaties in eeuwen. Álles staat in het teken van ons ego, alles wat we doen hangen we op aan een niet-bestaande identiteit die we hebben gecreeërd.

In de kern is het narcistisch ego de hoofdrolspeler in z’n eigen film. Voor een narcist dient ALLES als extensie van die film: baan, huis, auto, vrienden, kinderen, familie. Alles is een reflectie van de narcist zelf. Een narcist is publiekelijk niet snel van z’n stuk te krijgen want zij kent haar rol en speelt die goed. Maar probeer door te dringen tot wat er onder die rol zit en je merkt tot je schrik er niks is. Een zwart gat. De narcist leeft z’n imago, hij leeft het idee van de identiteit die hij zich over de jaren heeft aangemeten. Maar daaronder zit niks.

Zorg dat je het de narcist niet in z’n gezicht zegt. Niemand zegt hardop tegen de keizer dat hij geen kleren aanheeft.

Narcisme is zo doordrenkt in onze cultuur dat voornamelijk narcisten de hoofdrollen spelen in onze bioscoopfilms. Inwisselbaar voorbeeld zijn de Sherlock Holmes films met Robert Downey Junior. De mindfuck is niet dat Downey’s karakter narcistisch is maar ook z’n doktervriend Jude Law, z’n soort-van-vriendin, z’n antagonist en eigenlijk iedereen in de film. Niemand heeft een echte band met elkaar: alle acteurs spelen een rol die speelt dat ‘ie een betekenisvolle emotionele connectie kan opbouwen. Downey’s Holmes en Law’s Watson zijn vrienden dóór hun narcisme heen: ze gebruiken de vriendschap om zichzelf te bevestigen als hoofdrolspeler in hun eigen film. Zo’n vriendschap heeft onbewust altijd een ongemakkelijke frictie, alsof je samen aan het masturberen bent. Goed, soms is samen masturberen leuker dan alleen masturberen. Maar weer, dat is hetzelfde als tegen de keizer roepen dat het best gaaf van hem is dat hij zo in z’n naakie rond durft te lopen. Wordt niet op prijs gesteld.

((PS: Credit waar credit due: ik heb eerder wel eens gezegd dat ik veel kopieer van anderen (of mooiere proza: ik sta op de schouders van reuzen). De reus die deze post heeft praktisch heeft geschreven is thelastpsychiatrist.com. ))

Advertisements

Nederlandse cultuur is over z’n hoogtepunt heen

toppers

Dit is een moeilijke post om te maken maar het moet gezegd worden.

Hedendaagse Westerse cultuur kan worden samengevat als een vreemde mengelmoes van kapitalisme, democratie & consumerisme. Amerika leidde lange tijd met opgeheven borst en West-Europese landen volgden gedwee. Alles uit Amerika was goud: de films, de muziek, de beroemdheden en de Amerikaanse droom… Och, de Amerikaanse droom! Neergeschoten en kapotgetrapt. Laat de gesuïcideerde Amerikaanse held Hunter S. Thompson je de dood van de Amerikaanse droom uitleggen:

And that, I think, was the handle—that sense of inevitable victory over the forces of Old and Evil. Not in any mean or military sense; we didn’t need that. Our energy would simply prevail. There was no point in fighting—on our side or theirs. We had all the momentum; we were riding the crest of a high and beautiful wave. . . .

So now, less than five years later, you can go up on a steep hill in Las Vegas and look West, and with the right kind of eyes you can almost see the high-water mark—that place where the wave finally broke and rolled back.”

We importeren allang geen Humphrey Bogart films en Elvis Presley muziek meer. We importeren Jersey Shore en Justin Bieber. Met het langzaam uiteenvallen van de VS als oppercultuur van deze tijd verliezen ook al hun exportproducten aan waarde. Maar in Nederland weten we niet beter dan naar de top dog te kijken en hem te kopièren – het zit in het systeem van een hele generatie om naar onze Trans-atlantische buren te kijken voor inspiratie. We bewerkstelligen onze eigen ondergang, puur omdat we niet anders weten. Heb je de laatste Hollywood film gezien? De nieuwste hit single van Nicki MInaj gehoord? De Amerikaanse intellectuele boeken gelezen? We gaan maar door op de auto-piloot.

Nu geef ik de schuld aan de auto-piloot van de Nederlandse cultuur (“niemand zit in de cockpit” – Joris Luyendijk), maar dat is denk ik maar een deel van het probleem. Het grotere probleem op dit moment is dat we de crashkoers van dit vliegtuig nog helemaal niet doorhebben. In de nasleep van de industriële revolutie wanen we ons zo onverslaanbaar dat we het morele verval van de samenleving negeren. Om je een plaatje te tekenen: wij maken deel uit van de 21e eeuw versie van het Romeinse rijk zoals het was circa 400 AD. Dat was niet de tijd van Caesar noch Cicero. Nee, in 400 AD was het Romeinse rijk decadent geworden en rotte het van binnenuit weg. Het zou nog zo´n 100 jaar duren voordat het West Romeinse rijk uit elkaar zou vallen en nog een paar pijnlijke eeuwen voordat het gehele rijk werd geplunderd en verdeeld onder barbaren. Grappig feitje: in 400 AD was de Romeinse elite nog vast overtuigd van hun macht.

Vergis je niet: ook nu in de 21e eeuw rommelen de barbaren rommelen aan de poorten. Die poorten zijn nu nog geruststellend ver weg. Maar ons vliegtuig heeft geen piloot. En de koers staat richting de poorten. Iets gaat branden.

Je zegt dat je wilt veranderen

change

Je bent ergens in je leven niet tevreden mee. Je wilt veranderen. Je gaat het anders doen, je weet het zeker. Niet vandaag, nee, maar morgen. Of overmorgen. Ergens in de toekomst. Nu komt het niet uit; nu heb je al teveel andere dingen aan je hoofd. Maar morgen, oh zoete toekomstdroom, morgen gaat het anders zijn!

Je zegt dat je wilt veranderen. Ik geloof je niet. Je wilt niet écht veranderen – je wilt zeggen dat je wilt veranderen omdat dat is wat Mensen Met Passie doen. Je imiteert de weinige mensen die daadwerkelijk zijn veranderd omdat je jaloers bent op de validatie die zij krijgen voor hun inzet. Zolang je je maar identificeert met deze positieve energie wordt je zelf ook gevalideerd. Dus vertel je anderen over je plannen om het over een andere boeg te gooien – je vertelt over je business idee, je voornemens te stoppen met roken, je plannen om sportiever te zijn, dat boek dat je op een dag gaat schrijven, het dieet dat je nu toch echt gaat volhouden…. Met gesloten ogen en gelukzalige glimlach ontvang je de aanmoediging van anderen. Tegen de tijd dat de holheid van je woorden duidelijk wordt is men toch allang weer vergeten wat je had gezegd. Bovendien, echt kritisch zullen anderen toch nooit in je gezicht zijn: straks lopen ze jouw validatie voor hún voornemens mis.

Als je echt wou veranderen dan was je al veranderd. Jij wilt niet zelf veranderen – échte verandering behelst de dood van delen van je ego. Een oud deel van je sterft af en daarmee verandert letterlijk de manier waarop je jezelf, anderen en de wereld om je heen interpreteert. Ego-dood is dood-eng. Je ego wilt niet dood. Je ego wilt koste wat koste het status quo behouden. Ik kan daarom met stelligheid beweren: jij wilt niet écht veranderen. Wat je eigenlijk wil is dat je omgeving voor jou veranderd terwijl je ego volledig hetzelfde blijft.

In een notendop is dit waar alle zelf-ontwikkeling marketing op drijft. “Met dit ene geheim zul je NOOIT meer afgewezen worden!” De boodschap is hier niet dat jij verandert; de boodschap is dat je je omgeving middels dit ene geheim zodanig beïnvloedt dat jij niet hoeft te veranderen.

We zijn verslaafd aan datgene wat ons bekend is. Ons ego wilt geen geluk; ons ego wilt als een klein kind in zijn comfort zone blijven. Om op diep niveau te veranderen moet je dat kleine kind met een steen doodslaan en erop vertrouwen dat hij/zij reïncarneert als een volwassener persoon. Als dat je te radicaal in de oren klinkt heb ik nieuws voor je: je wilt niet veranderen.

De redding komt niet van artiesten

RATm

Ik was vroeger groot fan van Rage Against the Machine. Harde drums, Tom Morello shreddend op z’n gitaar en Zack de La Rocha schreeuwend in de mic: “FUCK YOU I WON”T DO WHAT YOU TELL ME” Die gasten snáppen het, dacht ik terwijl ik met oordoppen in headbangend naar school fietste.

Vroeger dacht ik dat artiesten via hun kunst de limitaties van de normale dialoog ontstegen. Muziek in het bijzonder had iets magisch dat boven de sleur van het ‘alledaagse’ stond. Als logisch gevolg kreeg de boodschap van die muziek ook iets magisch: Kurt Cobain snapte mijn teenage angst. Tool snapte het existentiële vacuüm in mijn ziel. RATM snapte de leugens van het systeem.

Vandaag de dag ben ik sceptischer. Sterker nog, ik ben m’n vertrouwen kwijt in de waarheid van de artiest. De artiest is de zoveelste persoon die van z’n sokkel is gevallen. Waarom?

Een artiest en zijn kunst bestaat niet in een vacuüm. Integendeel: een succesvolle artiest leeft bij gratie van z’n publiek. Dat wil niet zeggen dat je niet als van Gogh door het leven kan gaan als onbegrepen genie, maar als levende artiest is dit irrelevant. De succesvolle artiest heeft een publiek en JIJ bent dat publiek. Zijn boodschap is voor JOU bedoeld – als je het ontvangt dan is het voor jou. Je kan niet om deze connectie heen stappen; de artiest maakt zijn werk voor zijn publiek zoals het publiek het werk van de artiest consumeert.

Het succes en daarmee de reikwijdte van de artiest is dus onlosmakelijk verbonden met diens publiek. Wat bedoel ik daarmee? Laten we RATM als voorbeeld nemen. RATM maakt muziek met een diepere boodschap – ze verspreiden een ideologie. Fans van RATM identificeren zich met deze boodschap; ze houden van RATM omdat deze verwoorden wat zijzelf denken. Tussen alle commerciële bullshit is er in ieder geval nog RATM, denkt de fan. Zij zijn echt.

Nu komt hier de mindfuck. De reden dat de fan van RATM houdt is niet vanwege hun echtheid. Of RATM wel of niet de waarheid spreekt maakt bijzonder weinig uit voor hun publiek. Veel belangrijker is de emotionele identificatie die hun muziek biedt. Als jij een woede tegen autoriteit herbergt vormt RATM de ideale muziek om dat deel van je identiteit te uiten. Het ‘magische’ in hun muziek zit ’em niet in de puurheid van hun boodschap; het zit ’em in de opgekropte emotionele energie van de luisteraar!

En zo gaat het met alle artiesten. Justin Bieber vormt emotionele identificatie voor tienermeisjes die hun verliefdheid kwijt willen. Ben Howard doet hetzelfde voor iets oudere vrouwen en ook voor mannen die zich identificeren met een ‘diepere’ kant van zichzelf. Snoop Dogg is emotionele identificatie voor mannen die Gangsta willen zijn. Eminem is emotionele identificatie voor boze witte mannen die Gangsta willen zijn. Etcetera etcetera etcetera.

Artiesten zijn het product van hun tijd. Het gedachtegoed van onze tijd stinkt, ergo het gedachtegoed van onze artiesten stinkt. Geen duidelijker voorbeeld dan briljant entertainer / mislukte denker Russell Brand.

Een artiest is een entertainer, niks meer niks minder. Schoenmaker blijf bij je leest.