Wereldbank

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
Het gebouw van de Wereldbank in Washington

De Wereldbank is 's werelds grootste instituut voor ontwikkelingssamenwerking. Zij verstrekt leningen aan ontwikkelingslanden en middeninkomenslanden, met als voornaamste doel het bestrijden van armoede. De internationale bank is technisch gezien een gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties. De Wereldbank bestaat uit twee onderdelen: de International Bank of Reconstruction and Development, en de International Development Association. De twee onderdelen van de Wereldbank met nog drie andere onderdelen (zie verder) vormen samen de Wereldbank groep.

De financiële steun van de Wereldbank wordt gebruikt voor veel verschillende zaken, van structurele hervormingen van de gezondheid- en onderwijssector van een land, tot milieu- en infrastructuurprojecten zoals dammen, wegen en nationale parken. Daarbij stelt de Wereldbank stringente eisen aan haar cliënten: zogenaamde structurele aanpassingen worden vereist, waaronder anticorruptiemaatregelen en verregaande privatisering van overheidsdiensten.

Werkzaamheden[bewerken]

Geld lenen[bewerken]

De belangrijkste taak van de Wereldbank is het verstrekken van leningen aan ontwikkelingslanden en middeninkomenslanden. Het doel van deze leningen is het verminderen van armoede.

De leningen zijn bedoeld voor investeringen of aanpassingen. Leningen voor investeringen gaan naar concrete projecten (zoals het aanleggen van wegen en waterleidingen), of sectoren (zoals onderwijs en gezondheidszorg). Leningen voor aanpassingen zijn bedoeld voor beleidswijzigingen en institutionele hervormingen in een land.

De leningen komen tot stand na overleg met regeringen en maatschappelijke organisaties. De armoedebestrijdingsplannen van een land vormen daarbij de leidraad.[1]

Kennis en advies[bewerken]

Daarnaast is de Wereldbank een belangrijk kennis- en adviescentrum op het gebied van ontwikkelingsvraagstukken. Het doet veel onderzoek naar ontwikkelingsproblematiek, armoede, handel, globalisering en milieu. Elk jaar publiceert de Wereldbank het World Development Report, waarin de actuele toestand van de wereldeconomie centraal staat. Rapporten en beleidsvisies van de Wereldbank hebben vaak grote invloed op het beleid van donorlanden. Zo stond de Wereldbank aan de wieg van ideeën over structurele aanpassing en goed bestuur, die leidraad werden in het beleid van Westerse donoren.[1]

Fondsbeheer[bewerken]

Een derde taak van de Wereldbank is het beheren van fondsen met geld van rijke landen, ontwikkelingsorganisaties en bedrijven. Deze fondsen zijn bijvoorbeeld bedoeld voor het verlenen van noodhulp of het verlichten van schulden. Zo beheert de Wereldbank onder meer het HIPC-Trust Fund, een fonds voor schuldenverlichting aan arme landen met een zware schuldenlast.[1]

Organisatie[bewerken]

De Wereldbank bestaat uit twee onderdelen: de International Bank of Reconstruction and Development, en de International Development Association. Samen maken zij deel uit van de Wereldbank Groep (World Bank Group), die uit nog drie onderdelen bestaat.

International Bank for Reconstruction and Development (IBRD)[bewerken]

De IBRD is de oudste poot van de Wereldbank, opgericht in 1944. Het verstrekt leningen aan middeninkomenslanden, zoals Turkije en Argentinië. De voorwaarden voor een IBRD-lening zijn iets gunstiger dan die van een commerciële lening, met langere looptijden en iets lagere rentes. In 2008 verstrekte de IBRD voor 13,5 miljard aan leningen.[2]

International Development Association (IDA)[bewerken]

De IDA is het bekendste onderdeel van de Wereldbank. Het is opgericht in 1960. Het leent geld aan de allerarmste landen. De voorwaarden voor een IDA-lening zijn minder streng dan bij de IBRD. De rente ontbreekt en de looptijd is zeer lang, tot 35 à 40 jaar. Landen hoeven pas na 10 jaar aan te vangen met de terugbetaling. De IDA leende in 2008 11,2 miljard dollar uit.[2]

De toekomst van beide banken is ongewis. Een groeiend aantal van middeninkomenslanden kiest voor een lening op de kapitaalmarkt, in plaats van een lening van de IBRD, omdat daar geen voorwaarden aan zijn verbonden. De winst van de IBRD financiert echter deels de IDA. Deze ontwikkeling maakt de Wereldbank afhankelijker van giften van Westerse landen.

Overige onderdelen van de Wereldbank Groep[bewerken]

  • International Finance Corporation (IFC): Het IFC investeert in de private sector in ontwikkelingslanden.
  • Multilateral Investment Guarantee Agency (MIGA): Het MIGA geeft garanties af aan investeerders, voor niet-commerciële risico’s als onteigening en burgeroorlog. Daarmee bevordert het directe buitenlandse investeringen in ontwikkelingslanden.
  • International Centre for Settlement of Investement Disputes (ICSID): Het ICSID bevordert het oplossen van geschillen tussen ontwikkelingslanden en buitenlandse investeerders. Deze geschillenbeslechting moet het vertrouwen van investeerders in risicovolle ontwikkelingslanden vergroten.[1]

Bestuur[bewerken]

De Wereldbank is eigendom van haar aandeelhouders en dat zijn landen. De IBRD telt 186 leden, de IDA 169. De VS is de grootste aandeelhouder. De aandeelhouders benoemen een Board of Governors, het hoogste orgaan in de Wereldbank. De gouverneurs zijn meestal de minister van financiën of ontwikkelingssamenwerking van een land. Een keer per jaar vergadert de Board of Governors.

De dagelijkse leiding is in handen van vier Boards of Executive Directors. De Boards tellen samen 24 executive directors. De vijf grootste aandeelhouders van de Wereldbank hebben een eigen directeur. Andere landen worden groepsgewijs vertegenwoordigd door een van de overige 19 directeuren. De huidige president van de Wereldbank is Jim Yong Kim. Traditiegetrouw levert de VS de kandidaat voor het presidentschap.[3]

Nederlandse bewindvoerders[bewerken]

Net als bij het IMF heeft Nederland bij de Wereldbank een bewindvoerder. Deze is ook vertegenwoordiger in het bestuur voor de kiesgroep bestaande uit Armenië, Bosnië en Herzegovina, Bulgarije, Kroatië, Cyprus, Georgië, Israël, Macedonië, Montenegro, Moldavië, Roemenië en Oekraïne. De huidige Nederlandse bewindvoerder is sinds 1 april 2013 Frank Heemskerk.[4]

Stemverhouding[bewerken]

In de Wereldbank en IMF hebben alle aangesloten landen zeggenschap naar rato van het door hen ingebrachte geld (one dollar, one vote). Daardoor hebben in de praktijk de G8-landen een meerderheid van stemmen. De Wereldbank hanteert een systeem van gewogen stemverhouding. Dat betekent dat grote aandeelhouders meer stemrecht hebben dan kleine. In de IDA heeft de VS met 12,1 procent het zwaarste stemgewicht. Een Nederlandse stem telt voor 2,04 procent, de Belgische voor 1,14 procent.[bron?]

Geschiedenis[5][bewerken]

De Wereldbank is in 1944 opgericht tijdens de Conferentie van Bretton Woods. Tegelijkertijd werd het Internationaal Monetair Fonds (IMF) opgericht. De Wereldbank had tot taak de wederopbouw van Europa te bevorderen, het IMF moest zorgen voor monetaire stabiliteit. De eerste lening van de Wereldbank was voor Frankrijk, dat in 1946 US$250 miljoen leende. Kort daarna kreeg Wereldbank concurrentie van het Marshallplan, een groot initiatief dat Europa economisch op de been moest helpen. De Wereldbank ging zich daarna richten op ontwikkelingslanden.

In de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw lag de nadruk van de Wereldbank op economische ontwikkeling. Leningen werden verstrekt voor de aanleg van spoorwegen, havens en elektriciteitscentrales. De gedachte was dat dit economische productiviteit zou bevorderen, waarna de lening zou kunnen worden terugbetaald.

Vanaf eind jaren 50 speelt de Wereldbank een rol in de Koude Oorlog, die ook in de Derde Wereld wordt gevoerd. Met financiële steun wordt gepoogd ontwikkelingslanden voor de kapitalistische zaak te winnen.

Na het aantreden van president Robert McNamara in 1968 verandert de Wereldbank van koers. De Bank legt meer nadruk op maatschappelijke hervormingen en directe armoedebestrijding, zoals aandacht voor kleine boeren, gezondheidszorg, drinkwater en onderwijs. De projecten blijken meestal niet succesvol.

Eind jaren 70 zet de schuldencrisis de Wereldbank aan tot een nieuwe koers. Veel arme landen kunnen hun schuldenlast niet meer opbrengen. De Wereldbank introduceert daarop structurele aanpassingsprogramma’s. Zij eist onder meer dat ontwikkelingslanden hun munt devalueren, hun markten openstellen en zich richten op export. Voorts moeten overheden bezuinigen op uitgaven voor sociale voorzieningen zoals onderwijs en gezondheidszorg. De structurele aanpassingsprogramma’s zullen de agenda van de Wereldbank en het IMF twee decennia domineren.

Op de structurele aanpassingsprogramma’s komt veel kritiek, ook van binnen de bank. In de jaren 90 verlegt de Wereldbank daarom opnieuw de koers, onder leiding van de in 1995 aangetreden president James Wolfensohn. De Wereldbank bepleit nu een meer holistische aanpak van het armoedeprobleem. De neoliberale inzichten worden gekoppeld aan aandacht voor sociale vangnetten, armoedebestrijding, gezondheidszorg, onderwijs, milieu en vrouwenrechten. Niet-gouvernementele organisaties krijgen meer inspraak in de projecten van de Bank. Sinds 2000 vormen de millenniumdoelstellingen een belangrijke leidraad voor de activiteiten van de Wereldbank.

Overzicht van presidenten en hoofdeconomen van de Wereldbank[bewerken]

De vorige President van de Wereldbank Robert Zoellick

President van de Wereldbank[bewerken]

Naam nationaliteit Termijn
Eugene Meyer Amerikaan juni 1946 - december 1946
John McCloy Amerikaan maart 1947 - juni 1949
Eugene Black Amerikaan 1949 - 1963
George D. Woods Amerikaan januari 1963 - maart 1968
Robert McNamara Amerikaan april 1968 - juni 1981
Alden W. Clausen Amerikaan juli 1981 - juni 1986
Barber Conable Amerikaan juli 1986 - augustus 1991
Lewis Preston Amerikaan september 1986 - mei 1995
James Wolfensohn Amerikaan 1 juli 1995 - 31 mei 2005
Paul Wolfowitz Amerikaan 1 juni 2005 - 30 juni 2007
Robert Zoellick Amerikaan 1 juli 2007 - 30 juni 2012
Jim Yong Kim Amerikaan 1 juli 2012 - heden

Hoofdeconoom van de Wereldbank[bewerken]

Naam nationaliteit Termijn
Anne O. Krüger Amerikaanse 1982-1986
Stanley Fischer Zambiaan 1988-1990
Lawrence Summers Amerikaan 1991-1993
Joseph Eugene Stiglitz Amerikaan 1997-2000
Nicholas Stern Engelsman 2000-2003
François Bourguignon Fransman 2003-2007
Justin Yifu Lin Chinees 2008-2012
Martin Ravallion * Australiër 2012
Kaushik Basu Indiër 2012 - heden

* Waarnemend

Discussie[bewerken]

Demonstratie tegen de Wereldbank in Jakarta, Indonesië.

Vanuit de hoek van het andersglobalisme is er veel kritiek op de Wereldbank. Ze zou neo-liberalisme stimuleren, niet duurzaam zijn en niets doen tegen schendingen van mensenrechten. Men verzet zich niet tegen het nobele doel van de Wereldbank, maar is het fundamenteel oneens met de invulling die hier door de organisatie aan gegeven wordt. De kritiekpunten zijn divers.[6]

Het zou de Wereldbank ontbreken aan democratisch gehalte. De stemverhouding hangt samen met de hoogte van de afdracht aan de Bank. Dat betekent dat arme landen ondervertegenwoordigd zijn. De machtsverhouding is ongelijk.

In de jaren negentig kwam veel verzet tegen de voorwaarden die de Wereldbank oplegde aan arme landen. Deze voorwaarden werden neergelegd in structurele aanpassingsprogramma’s (SAP’s). Om in aanmerking te komen voor leningen, moesten landen hun grenzen openstellen voor buitenlandse producten, hun overheid afslanken en hun exporteconomie bevorderen. Volgens critici leidde dit tot zware bezuinigingen op onderwijs en gezondheidszorg, die de arme bevolking hard trof.

Een ander kritiekpunt op de Wereldbank is dat zij vroeger onvoldoende aandacht had voor mensenrechten en milieu. De Bank investeerde bijvoorbeeld geld in grote infrastructuurprojecten als waterkrachtcentrales en oliepijplijnen, die schade kunnen toebrengen aan het milieu en het leefgebied van lokale bewoners.

Kritiek was er voorts op de leningen en giften die de Wereldbank verstrekt. Volgens critici heeft de Wereldbank daar in het verleden onzorgvuldig mee omgesprongen, door leningen te verstrekken aan corrupte en onbetrouwbare regimes. Het wanbeheer van deze regimes heeft bijgedragen aan de schuldencrisis van arme landen.

Volgens de Wereldbank is veel van deze kritiek achterhaald, en heeft de Bank lessen getrokken uit het verleden. De sociale dimensie van armoedebestrijding krijgt thans veel meer aandacht, net als milieu- en maatschappelijke gevolgen van Wereldbank-projecten. Zo werkt de Wereldbank bij het ontwikkelen van grootschalige infrastructuur-projecten nauw samen met milieu- en maatschappelijke organisaties. In de periode van 2008 tot 2015 werd 8,5 miljard amerikaanse dollar geïnvesteerd in maatregelen die de gevolgen van klimaatverandering opvangen, en de uitbouw van ecologische projecten in groeilanden.[7] De Wereldbank voert bovendien een programma uit voor schuldenverlichting aan de armste landen.

Zie ook[bewerken]

Externe links[bewerken]

Referenties[bewerken]

  1. a b c d Nieuwenhuis, E. De Grote Globaliseringsgids, Van Gennep, Amsterdam, 2005
  2. a b Jaarverslag World Bank 2008
  3. Website Wereldbank: about us, organization
  4. Kandidaat-bewindvoerder Wereldbank Rijksoverheid, Nieuwsbericht, 26 oktober 2012
  5. Tenzij anders vermeld is deze paragraaf gebaseerd op Nieuwenhuis, E. De Grote Globaliseringsgids, Van Gennep, Amsterdam, 2005, pp 314-330 en: Schulpen, L. en Klem, B., Wegwijs in de Wereld van de Hulp, Kit Publishers, Amsterdam, 2005, pp 146-147
  6. Deze paragraaf is gebaseerd op een samenvatting in Nieuwenhuis, E., De Grote Globaliseringsgids, Van Gennep, Amsterdam, 2005, pp 322-325
  7. http://treasury.worldbank.org/cmd/htm/WorldBankGreenBonds.html