Latijn

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
Zie het artikel Voor de Italische stam, zie Latijnen, voor het Latijnse alfabet zie Latijns alfabet.
Latijn (Lingua Latina, Latinus sermo)
Taalfamilie Indo-Europese talen
Alfabet Latijns alfabet
Officiële status
Officieel in * Vlag van Vaticaanstad Vaticaanstad
Taalcodes
ISO 639-1 la
ISO 639-2 lat
ISO 639-3 lat
Portaal  Portaalicoon   Taal
Latijn

Latijn ((Lingua) Latina) is een dode Italische taal die oorspronkelijk door de Romeinen of Latijnen werd gesproken, een volk dat vanaf het eerste millennium voor Christus in de streek Latium (het huidige Lazio, Italië) woonde. De naam van de taal is afgeleid van deze streeknaam.[1] Doordat de stad Rome vanaf 500 v.Chr. in dit gebied haar politieke en militaire invloed vergrootte, werd ook haar taal buiten de stadsgrenzen verspreid. Rome werd de hoofdstad van het Romeinse Rijk, dat bleef groeien tot het in de tweede eeuw na Christus zijn grootste omvang bereikte.

Nog tot het einde van de eerste eeuw na Christus werd in Rome meer Koinè-Grieks gesproken dan Latijn. Latijn was vooral de omgangstaal in Spanje, Gallië, Italia, Britannia en Africa. Latijn was de taal van de overheid en literatuur.[2] Het Latijn werd geleidelijk aan de voertaal in het westelijke deel van dit rijk, terwijl het Koinè-Grieks dat in het oostelijke deel was en bleef.

Geschiedenis[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Romeinse literatuur en Latijnse literatuur

Preklassiek Latijn[bewerken]

Zesde-eeuwse inscriptie in het Latijn

De oudste Latijnse tekst dateert vermoedelijk uit de 7e eeuw v.Chr. Het betreft hier enkele woorden ingegrift op een kledingspeld, de zogeheten Fibula van Praeneste, waarvan de authenticiteit lange tijd werd betwist, totdat nieuw onderzoek in 2012 uitwees dat de inscriptie wel degelijk authentiek is.[3] Andere oude teksten zijn te vinden op de Duenos-inscriptie en de Lapis niger (afbeelding rechts) uit de 6e eeuw v.Chr.

In deze vroegste periode werd Rome sterk door de Etrusken beïnvloed. Zij bewoonden een groot gebied ten noorden van Latium. De Romeinse religie en architectuur zijn bijvoorbeeld geheel op Etruskische voorbeelden geënt. Ook het Romeinse alfabet is gebaseerd op het Etruskische alfabet (dat op zijn beurt weer van het Grieks alfabet was afgeleid). De Etruskische taal heeft op het Latijn niet veel invloed gehad, op enkele leenwoorden na, waarvan persona ("masker") het bekendste is: het woord waar ons woord persoon van afgeleid is.

Klassiek Latijn[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Klassiek Latijn voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
1rightarrow blue.svg Zie ook Gouden eeuw van de Romeinse literatuur

In de loop van de 2e eeuw v.Chr. werd het Latijn een literaire taal. De taal werd gestandaardiseerd, kreeg een conservatieve tendens en in de zinsbouw trad een systematisering op. De afstand tot de omgangstaal, die Volkslatijn of vulgair Latijn wordt genoemd, nam hierdoor sterk toe. Met name Cicero en Caesar zetten de toon voor klassiek Latijn in de eerste eeuw voor Christus. Het Latijn van de eerste eeuw voor Christus wordt soms gouden Latijn genoemd, het Latijn daarvoor eerder Oud-Latijn.

'Latijn van de eerste eeuw na Christus'[bewerken]

Deze vorm van Latijn werd vanaf ca. de tweede helft van de eerste eeuw na Christus gebruikt, onder andere door Tacitus. Het is nog grotendeels klassiek, maar met wat kleine afwijkende stijlkenmerken.

1rightarrow blue.svg Zie Zilveren eeuw van de Romeinse literatuur

Laat- en christelijk Latijn[bewerken]

Deze vorm bevat wat meer afwijkingen, maar nog steeds niet erg veel. Duidelijk merkbaar is de invloed van christelijke terminologie (Bijbel).

Kerklatijn[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Kerklatijn voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Het kerklatijn is het Latijn zoals dat wordt gebruikt in de boeken van de Katholieke Kerk: de vertalingen in het Latijn van het Oude en het Nieuwe Testament, de gebedenboeken en de liturgische boeken. Het was tot het Tweede Vaticaans Concilie ook de enige taal die gebruikt werd in de (Latijnse ritus van de) liturgie.

Middeleeuws Latijn[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Middeleeuws Latijn voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Vanuit de dialecten van het vulgair Latijn ontstonden geleidelijk aan verschillende groepen talen: de Romaanse talen, met als belangrijkste subgroepen de Gallo-Romaanse en de Ibero-Romaanse talen. Het geschreven Latijn van de middeleeuwen werd gekenmerkt door steeds grotere afwijking van klassieke kenmerken, met name het vermijden van constructies die voor schrijvers uit die tijd contra-intuïtief waren. In deze periode is de invloed van de niet-Latijn sprekende volkeren steeds groter aan het worden. Vaak werden constructies gebruikt die meer overeenkwamen met de toenmalige Romaanse talen, zelfs wanneer deze constructies in klassiek Latijn apert 'verboden' waren, bijvoorbeeld:

Verder kregen Latijnse woorden vaak een iets andere betekenis om middeleeuwse maatschappelijke instituties aan te duiden. Bijvoorbeeld miles (soldaat) betekent in middeleeuwse teksten bijna altijd ridder. Ook werden er voor dergelijke instituties vaak Keltische en Germaanse leenwoorden ingevoerd, zoals feodum voor leen.

De kwaliteit van de Latijnse teksten uit de middeleeuwen wisselt sterk, en op elk moment zijn er auteurs die het klassieke voorbeeld blijven navolgen. Zo is het Latijn van de biograaf van Karel de Grote, Einhard, en dat van de intellectueel Abélard, gemeten naar de maatstaf van het klassiek Latijn van hoge kwaliteit. Een voorbeeld van een minder pretentieuze tekst die sterk afwijkt van het klassiek Latijn, is het werk van de Aziatische reis van Johannes de Plano Carpini.

Uitspraak[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Uitspraak van het Latijn voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In de loop van zijn lange bestaan is de uitspraak van het Latijn verre van uniform geweest. Naast de fonetische ontwikkelingen die het gesproken Latijn doormaakte sinds de klassieke periode en die uiteindelijk resulteerde in het ontstaan van de afzonderlijke Romaanse talen, hebben zich in de loop van de eeuwen ook verschillende nationale tradities ontwikkeld, die gebaseerd waren op de uitspraakregels van de afzonderlijke landstalen. Pas de laatste decennia wordt geprobeerd de vermoedelijke uitspraak van het klassiek Latijn als standaard aan te houden. Hoewel het klassieke Latijn een dode taal is, hebben wetenschappers door onderlinge vergelijking van geschreven bronnen de vermoedelijke uitspraak weten te reconstrueren. De uitspraak die tegenwoordig op de meeste scholen wordt geleerd, is niet meer dan een praktische benadering van deze klassieke uitspraak.

De uitspraak van het kerkelijk Latijn dat in de rooms-katholieke ritus wordt gebruikt, volgt in grote lijnen de klankvorming van het Italiaans, maar kent tal van "nationale" afwijkingen.

Grammatica[bewerken]

1rightarrow blue.svg Zie Latijnse grammatica en Algemene Latijnse vervoegingen en verbuigingen

Gebruik van het Latijn (vroeger en nu)[bewerken]

In (grote delen van) de wetenschap werd ook na de val van het Romeinse Rijk het Latijn nog gebruikt, tot de achttiende eeuw. In de huidige tijd komt Latijn nog voor:

Zowel in Nederland als in België wordt het Latijn op school onderwezen: in Nederland op het gymnasium, in Vlaanderen in een aantal studierichtingen van het Algemeen secundair onderwijs.

Veel Nederlandse woorden hebben een Latijnse herkomst, al is het Nederlands een Germaanse taal. Voorbeelden zijn de namen van de maanden. Zie ook: Lijst van Latijnse spreekwoorden en uitdrukkingen.

Volgens sommigen is het Latijn nog steeds een levende taal. Zo leeft het Latijn voort in de katholieke liturgie en communicatie in het Vaticaan, of zelfs in moderne Romaanse talen zoals het Italiaans. Het heeft nog moedertaalsprekers. Het is nuttig om Latijn (en/of Grieks) te kennen om het religieuze en filosofische erfgoed van de Europese beschaving te ontdekken en te kunnen doorgronden. Ook bij de studie van rechten, medicijnen of biologie is de kennis van het Latijn van nut. Kennis van het Latijn geeft bovendien een beter inzicht in moderne talen, bijvoorbeeld in hun grammaticale structuur.

Ook wordt er in bepaalde scholen en universiteiten Latijn nog levend onderwezen, zoals bijvoorbeeld in de Academia Vivarium Novum te Rome. Men probeert op deze manier de humanistische waarden van de Renaissance terug tot leven te brengen. De studenten en leerkrachten spreken, lezen en schrijven ook Latijn. Het aantal mensen dat Latijn spreekt wordt zeer gevarieerd ingeschat. Het aantal zou tussen de vijfhonderd en de tienduizend liggen.

Schrijfwijze[bewerken]

De Romeinen gebruikten geen interpunctie en schreven het grootste gedeelte van hun teksten in spatieloos continuschrift, het scriptio continua. Het principe van woordscheiding kenden ze echter al wel; meestal maakten ze daarvoor gebruik van punten. Verder schreven ze alles met hoofdletters, al hadden ze ook een cursief schrift. De letters j, u en w kwamen niet in hun alfabet voor. Afhankelijk van de uitspraak wordt de i tegenwoordig als i of j geschreven, en de u als u of v; DEIVRE of DE IVRE werd bijvoorbeeld de jure. De w wordt gebruikt voor eigennamen uit andere talen.

Wat in moderne schrijfwijze wordt weergegeven als Senatus Populusque Romanus ("De Senaat en het volk van Rome") zag er destijds bijvoorbeeld als volgt uit: SENATVSPOPVLVSQVEROMANVS.

Een tussenvorm komt ook voor, met wel een u, maar geen j.[4]

Zie ook[bewerken]

Externe links[bewerken]

Wikibooks Wikibooks heeft meer over dit onderwerp: Cursus Latijn (in opbouw).
Wikibooks Wikibooks heeft meer over dit onderwerp: Latijn (scholierenversie).
Icoontje WikiWoordenboek Zoek Latijn op in het WikiWoordenboek.
Wikipedia-logo-v2.svg Zie de Latijnse uitgave van Wikipedia.

Beluister

(info)