February 16, 2016
7 februari 2016 / International Solidarity Movement / Hebron, bezet Palestina
8 februari markeert de honderdste dag dat Israëlische troepen de wijk Tel Rumeida en het aangrenzende deel van Shuhada Street tot een “gesloten militaire zone” uitgeroepen hebben, haar inwoners bevolen hebben zich te laten registreren bij het Israëlische leger en genummerd te worden om toegang tot hun huizen te krijgen, terwijl alle overige Palestijnen en internationale mensenrechtenactivisten niet worden toegelaten in het gebied. Op 5 februari heeft het Israëlische leger een verordening afgegeven om de gesloten militaire zone officieel te verlengen tot 1 maart met de mogelijkheid tot verdere verlenging.
Gedurende deze periode hebben de Palestijnse inwoners te maken gehad met toenemende willekeurige restricties aangaande bewegingsvrijheid, mishandelingen en pesterijen welke niet de basis vormen van Israëlsiche veiligheidszaken. Terwijl de inwoners kampen met voortdurende bedreigingen in de handen van Israëlische troepen en kolonisten van de illegale Israëlische nederzettingen, welke direct grenzen aan hun woonomgeving, ondergaan Palestijnen en internationale mensenrechtenactivisten een doelgerichte afsluiting van het gebied. De Israëlische mensenrechtenorganisatie B’tselem heeft gerapporteerd dat Palestijnse inwoners duidelijk onderworpen worden aan collectieve straffen. Zij “worden niet verdacht van criminaliteit en zijn gedwongen een zware ontwrichting van hun dagelijkse leven te ondergaan slechts omdat zij de pech hebben in buurten te wonen en te werken die het leger verkoos af te sluiten”. Internationale en Palestijnse organisaties hebben de internationale gemeenschap opgeroepen druk uit te oefenen op Israël om de gesloten militaire zone in Hebron op te heffen, omdat dit een onwettige schending vertegenwoordigt van de rechten van Palestijnse inwoners op vrijheid door collectieve straffen onder de Geneefse Conventies.
De Israëlische autoriteiten hebben op 1 november 2015 het gebied tot een gesloten militaire zone uitgeroepen. De aankondiging kwam in het kielzog van het buitengerechtelijk doden van de 23-jarige Homam Adnan Sa’id op 27 oktober 2015 en Islam Rafiq ‘Ebeido op 28 oktober 2015. Getuigen van beide incidenten verklaarden dat de jongeren geen gevaar vormden voor de soldaten toen ze in koelen bloede doodgeschoten werden en hun daarna medische behandeling werd ontzegd. De directeur van Amnesty International Midden-Oosten en Noord-Afrika Programma verklaarde eind oktober 2015 dat “Israëlische troepen de regelgeving afgeschud hebben en hun toevlucht hebben genomen tot extreme en illegale maatregelen”.
Vanaf begin oktober 2015 zijn er meer dan 170 Palestijnen gedood door Israëlische troepen, de stad Hebron had met meer doden te maken dan waar dan ook buiten Oost-Jeruzalem. Alleen in januari 2016 werden al 551 Palestijnen gearresteerd, waarvan 120 in Hebron, en meer dan 7000 Palestijnen worden momenteel vastgehouden in Israëlische gevangenissen.
Op 30 oktober 2015 werd de inwoners van Tel Rumeida en Shuhada Street (het kleine gebied waar het sommige Palestijnen nog wordt toegestaan te wonen) verzocht om in de rij te staan om hun identiteitsnummers en namen te registreren bij het Israëlische leger. Er werden nummers afgegeven aan families die ze door Israëlische troepen verplicht waren te laten zien om hun zwaar gemilitariseerde buurt binnen te kunnen komen. Palestijnse vrouwen, kinderen en mannen kan de toegang tot hun huizen ontzegd worden slechts vanwege het ontbreken van een identificatie- of herkenningsnummer dat door de soldaten als acceptabel wordt bevonden.
Binnen de gesloten militaire zone, zoals in alle buurten van het volledig door Israël gecontroleerde militaire H2-gebied van Hebron, zijn de kolonisten van de illegale nederzettingen vrij om ongehinderd te gaan en staan in de stad, waarbij ze geweren en pistolen kunnen dragen en niet onderworpen zijn aan checkpoints of restricties. Israëlische troepen laten geen ongeregistreerde Palestijnen hun families en vrienden bezoeken die binnen de gesloten militaire zone wonen. Journalisten kunnen niet naar binnen om verslag te doen van incidenten. Zelfs medisch personeel voor spoedgevallen kan niet naar binnen, noch worden medewerkers binnengelaten in het gebied om reparaties te verrichten aan Palestijnse huizen.
Een inwoner uit Tel Rumeida, Abed Salaymeh, heeft in de Action Alert, welke uitgegeven is door de International Solidarity Movement en getekend is door meer dan 40 Palestijnse en Internationale organisaties, opgeroepen tot het beëindigen van de gesloten militaire zone en om Israël zich te laten houden aan de internationale wetgeving in Hebron. “Soldaten en kolonisten maken het leven voor de Palestijnen onverdragelijk door hen te dwingen hun huizen vrijwillig te verlaten” liet hij weten. “Dit is een misdaad onder de internationale wetgeving. Ze richten zich op activisten om de waarheid het zwijgen op te leggen en verhinderen dat de waarheid de gehele wereld bereikt”.
Israëlische troepen richtten zich op mensenrechtenactivisten vanaf de inwerkingtreding van de gesloten militaire zone, zowel het appartement van de International Solidarity Movement als het centrum voor de Palestijnse activistengroep Youth Against Settlements zijn ingesloten in de aangewezen zone. Palestijnse en internationale activisten hebben te maken met uitsluiting uit de buurt waar hun aanwezigheid voor langere tijd onontbeerlijk was om te reageren op mensenrechtenschendingen en deze te documenteren. “Het is duidelijk dat met het gewelddadig verwijderen van mensenrechtenwaarnemers uit het gebied, Israëlische troepen ooggetuigen van hun ontelbare schendingen laten verdwijnen”, zegt Jenny, een internationale mensenrechtenactiviste in Hebron. “Terwijl Palestijnse inwoners collectief onder deze draconische maatregelen worden gesteld, kunnen kolonisten van nabijgelegen illegale nederzettingen vrij door de straten lopen zonder gestraft te worden ongeacht wat ze doen.”
Robert Piper, ‘UN Coordinator for Humanitarian Aid and Development Activities’ die in december 2015 met een delegatie van de Verenigde Naties Hebron inclusief Tel Rumeida bezocht, zegt: “Mensenrechtenactivisten spelen een vitale rol in het promoten van mensenrechten. Beschermende organisaties die ter plaatse zijn staan in de frontlinie van dit werk in de bezette Palestijnse gebieden.” Palestijnse en internationale mensenrechtenactivisten zijn onderworpen aan een aaneenschakeling van gewelddadige bedreigingen en willekeurige arrestaties nadat de militaire zone was uitgeroepen.
Op 7 november 2015 werd het leven van de Palestijnse bewoners van Tel Rumeida zelfs nog moeilijker gemaakt door het checkpoint Shuhada (checkpoint 56) compleet te sluiten, het belangrijkste verkeerspunt tussen de sterk begrensde wijk en het nominaal door Palestijnse Autoriteiten gecontroleerde H1-gebied, waar inwoners naar hun werk, winkels en scholen moeten reizen. Zelfs de mensen die het officieel toegestaan was om de wijk binnen te komen werden gedwongen om vieze paden vol obstakels door tuinen te nemen of om lange omwegen te maken en taxi’s te betalen die hen afzetten op een korte afstand achter de wijk (zelfs voordat de gesloten militaire zone opgelegd werd beletten Israëlische troepen Palestijnen om in Tel Rumeida te rijden). De bekwaamheid om de checkpoints te ontwijken, ofschoon via lastige en gevaarlijke routes, geeft de wanverhouding aan tussen de claim dat de checkpoints en de restricties er gemaakt zijn voor de Israëlische veiligheid en de realiteit van strafmaatregelen die onevenredig schoolkinderen, bejaarde inwoners en de mensen treffen die geweldloos opkomen voor hun fundamentele rechten.
Eind december 2015 hebben Israëlische troepen een vernieuwd checkpoint in Shuhada heropend voor geregistreerde inwoners. Dit recentelijk uitgebreide checkpoint zorgt vaak voor lange wachttijden bij Palestijnse inwoners omdat Israëlische troepen mensen ondervragen, checken en fouilleren in een afgesloten kamer tussen de draaihekken en metaaldetectors. De lokale bevolking laat weten dat dit checkpoint zelfs erger is dan zijn voorgangers en veel Palestijnen hebben mishandelingen, pesterijen en intimidatie ervaren door Israëlische troepen die straffeloos handelen uit het zicht van media of mensenrechtenwaarnemers.
Sinds de gesloten militaire zone is vastgesteld hebben Palestijnse en internationale mensenrechtenactivisten zich tegen die onrechtvaardige situatie verzet. De International Solidarity Movement, in samenwerking met verscheidene Palestijnse organisaties, heeft allereerst op 13 december de ‘Action Alert’ naar buiten gebracht, een eis voor een einde aan de afgesloten militaire zone, die momenteel door 40 organisaties is ondertekend. Aanvankelijk als een reactie op de willekeurige arrestatie en in hechtenis nemen van Wafa Sharabati, een inwoner van Tel Rumeida, waarna Palestijnse activisten en families een sit-in hielden aan de H1-kant van het checkpoint Shuhada en opriepen tot een beëindiging van de gesloten militaire zone. Activisten hebben dagelijks de protesttent opgezet, in een vreedzaam protest tegen wetteloze restricties aangaande hun bewegingsvrijheid. “Wij weigeren om als nummers geregistreerd te worden en om onze rechten te laten schenden alleen omdat wij Palestijnen zijn”, verklaarde Issa Amro, coördinator van ‘Youth Against Settlements’.
De strijd tegen de gesloten militaire zone komt tezamen met de jaarlijkse campagne van Palestijnse organisaties om Shuhada Street te openen. Er zijn acties zowel in Hebron als wereldwijd gepland tegen Israëls Apartheidspolitiek door het compleet afsluiten van de rest van Shuhada Street die zich verder uitbreidt voorbij de gesloten militaire zone en welke ooit de hoofddoorgang was voor alle Palestijnen door Hebrons H2-gebied.
Tot nu toe is er geen gehoor gegeven aan de eisen want op vrijdag 5 februari hebben de Israëlische autoriteiten wederom de verordening voor de gesloten militaire zone vernieuwd. De International Solidarity Movement roept internationale overheden, naties en mensen in heel de wereld op om druk uit te oefenen op de Israëlische autoriteiten om een einde te maken aan de gesloten militaire zone in Hebron en om de fundamentele rechten van de Palestijnen te respecteren, zodat ze in vrijheid en waardigheid kunnen leven.
————————-
Dit artikel – 100 days of collective punishment for Hebron residents – verscheen op de website van de International Solidarity Movement, daar vindt u nog een lijst met bronnen met betrekking tot deze specifieke situatie in Hebron. Het artikel werd vertaald door de werkgroep Staat van Beleg in de hoop dat het ook in Nederland zal doordringen hoe nijpend de situatie daar is voor de Palestijnse bevolking.