1:43

J. Slauerhoff (1898-1936) | Driehuis, Nederland
J. Slauerhoff (1898-1936) | Driehuis, Nederland
J. Slauerhoff (1898-1936) | Driehuis, Nederland 'Alleen in mijn gedichten kan ik wonen, / Nooit vond ik ergens anders onderdak', schrijft scheepsarts. Tijdens zijn laatste dagen in een verpleeghuis wijkt A. Roland Holst niet van zijn zijde. copyright © 2010: Letterkundig Museum / DDC Amsterdam
2:43

Gedichten op Muziek 3
Gedichten op Muziek 3
In Memoriam Mijzelf is één van de bekendere gedichten van J. Slauerhoff. Hier op muziek van Jacob de Haan, gezongen door Ingrid Zeegers met het Sinfonisches Blasorchester Hochschwarzwald olv Jacob de Haan.
3:05

IN MEMORIAM MIJZELF - J. Slauerhoff
IN MEMORIAM MIJZELF - J. Slauerhoff
Ernst Daniël Smid zingt gedichten op muziek van Jacob de Haan met de Koninklijke Militaire Kapel 'Johan Willem Friso' olv Hans Leenders.
1:23

J. Slauerhoff - gedicht - Woningloze
J. Slauerhoff - gedicht - Woningloze
Bespreking gedicht: Gedicht: J. Slauerhoff, Woningloze. In: Serenade, 1930 Voordracht: Rozemarijn van Leeuwen, 2010 Jan Jacob Slauerhoff (1898-1936) debuteerde in 1923 met de dichtbundel Archipel. Dichtbundels volgden elkaar daarna in hoog tempo op. In 1930 verscheen zijn achtste bundel, Serenade. In die bundel staan meerdere beroemd geworden gedichten, zoals De schalmei en Voor een verre prinses; maar ook het hier voorgedragen (en misschien wel zijn meest bekende) gedicht Woninglooze. Het gedicht is een sonnet (waarbij de laatste twee strofen samen zijn gebracht tot één langere strofe van zes regels) met een ietwat verspringend rijmschema. Het gedicht begint met een zeer uitgesproken standpunt, gevat in een prachtig beeld: alleen in mijn gedichten kan ik wonen. De ik-figuur in dit gedicht heeft geen eigen huis, geen vaste plek om te wonen in de wereld. In de tweede strofe wordt de beginzin herhaald, zodat deze nog meer nadruk krijgt. Nu krijgt deze zin ook een troostende betekenis: hoewel de ik-persoon geen eigen huis en haard heeft, kan hem dat niet deren, zolang hij weet dat hij zijn toevlucht kan vinden in gedichten. In de derde strofe kijkt de ik-figuur vooruit. Hij beseft dat er in de toekomst een moment zal komen dat de kracht hem zal gaan ontbreken en dat hij geen woorden meer vinden kan, woorden waarmee hij vroeger zijn woning kon bouwen - en dat hij zal sterven. Als dat moment aan zal breken, zal hij zich naar de aarde buigen en in zijn graf uiteindelijk een <b>...</b>
2:08

J.Slauerhoff "William en zijn beide Irenes"
J.Slauerhoff "William en zijn beide Irenes"
J.Slauerhoff, gedicht in beeld "Een eerlijk zeemans graf"
2:22

Wim de Bie - In Nederland (JJ Slauerhoff)
Wim de Bie - In Nederland (JJ Slauerhoff)
Wim de Bie - In Nederland (JJ Slauerhoff)
3:06

Hoed en de Rand zingt 'Zeekoorts' van J. Slauerhoff
Hoed en de Rand zingt 'Zeekoorts' van J. Slauerhoff
Hoed en de Rand zingt het gedicht 'Zeekoorts' van J. Slauerhoff, uit diens bundel Eldorado (1928). 'Zeekoorts' is Slauerhoffs bewerking van het gedicht 'Seafever' van Masefield en staat op de eerste cd van Hoed en de Rand 'Over een andere boeg' (1998). Zie www.hoedenderand.nl
1:22

Henk van Ulsen leest Woninglooze (JJSlauerhoff)
Henk van Ulsen leest Woninglooze (JJSlauerhoff)
gedicht: J. Slauerhoff gelezen door: Henk van Ulsen Woningloze Alleen in mijn gedichten kan ik wonen, Nooit vond ik ergens anders onderdak Voor de eigenhaard gevoelde ik nooit een zwak, Een tent werd door de stormwind meegenomen. Alleen in mijn gedichten kan ik wonen. Zolang ik weet dat ik in wildernis, In steppen stad en woud dat onderkomen Kan vinden, deert mij geen bekommernis. Het zal lang duren, maar de tijd zal komen Dat vóór de nacht mij de oude kracht ontbreekt En tevergeefs om zachte woorden smeekt, Waarmee 'k weleer kon bouwen, en de aarde Mij bergen moet en ik mij neerbuig naar de Plek waar mijn graf in 't donker openbreekt.
5:28

Aafke de Jong and Hanneke de Jong - Eitulovni - Into the Great Wide Open 2009
Aafke de Jong and Hanneke de Jong - Eitulovni - Into the Great Wide Open 2009
Music and dance performance at the beautiful surroundings of a small pond at the isle of Vlieland, in the north of Holland. Performed during the first episode of the Into the Great Wide Open Festival in september 2009. Made by dancer/choreographer Aafke de Jong and her sister singer/songwriter Hanneke de Jong. Inspiration was the idea that the sea will come to cover and "eat" the islands. Evolution theory of Darwin: In the far away past humans came out of the sea (fish became amphibian and than slowly started to stand straight up). Now the sea is threatening us, perhaps we could try to adjust ourselves to live with the water and not to be afraid of it. In other words, maybe humans can go back to where they came from (an involution, so to speak, hence the title of the performance: eitulovni). For the song Hanneke used the intruiging words of the Dutch poet J. Slauerhoff (1989-1936). More info: www.aafkedejong.nl and www.hannekedejong.nl
4:17

The Old Harp
The Old Harp
Based on the Chinese poem 'The Old Harp', this associative film explores the interplay between the Dutch poet J. Slauerhoff (1898-1936), the Chinese poet Bai Juyi (772-846) and the sound of the traditional Chinese harp, the guzheng. Inspired by his poetry, Slauerhoff considered Bai Juyi to be his soulmate. By integrating historic film material with contemporary images, this filmic poem continues the timeless reflection on the relationship between East and West in images, words and sound. The filmic installation The Old Harp was shown at the Dutch Culture Centre, World Expo 2010 Shanghai. Monique Verhoeckx (The Netherlands) | China, The Netherlands | 2011 | 20 min | English, Chinese and Dutch titles
2:20

Slauerhoffs Bruiloftslied
Slauerhoffs Bruiloftslied
Niet de beste audio, maar ik heb toch geen concurrentie. Een meesterwerkje van JJ Slauerhoff. BRUILOFTSLIED Mijn gade, het is goed, wij zullen toeven In een klein stadshuis, ik zal niet vertrekken, Al bleven mij veel eilanden te ontdekken Die zich om mijn afwezigheid bedroeven. Niet dicht bij zee, om mijnentwil, 't Werd mij ondraaglijk aan den rand Der ruimt' te rusten, bij de golven stil: Bewaar mij diep in 't binnenland. 'n Gewezen vestingstad is goed. De avondwandeling doen wij om de wallen, Zien saam zonsondergangen tegemoet En kudden keren naar de stallen. Maar soms speur ik in Westenwinden De zeeën waarover zij woeien. Wij gaan naar huis, sluiten de blinden, Bij 't lamplicht tracht je mij te boeien, Te doen vergeten 't varend schip in 't duister Waarop ik iedren nacht kon hooren alle Golven van alle verten samenvallen Om mijn onrustig hart gerust to ruisen. Nooit sliep ik beter, dieper dan aan boord. 't Schip is de lompe wieg die mijn geslacht, Tot in Groenland, Spitsbergen, Labrador, Ver van het vaderland heeft voortgebracht. Maar het is goed, ik zal met jou, lief, wonen En zwaar gaan van de zorg om jouw bestaan, En niet tot de eilanden, als zoveel schoone Slaapsters, mij wachtend diep in de' oceaan. Dan bloeit je vreegelaat in 't schemerlicht. Ik zit bij 't uitzichtlooze raam to staren En denk voorbij de vege straatlantaren, Hoe 't ijzingwekkend schone Noorderlicht Gletsjers beschijnt, die eeuwenoude kusten Tot diep in 't binnenland doen splijten onder Een <b>...</b>
2:15

christina branco - os solitáros
christina branco - os solitáros
christina branco canta JJ Slauerhoff - os solitáros DE EENZAMEN: Stil sta ik in de steppe, De doffe zon gaat onder, De schrale maan verschijnt. Het gras dampt, klam en vochtig, De grond blijft stijf bevroren In heete korte zomer: t Blijft winter in de zomer. De klokjes zijn nog hoorbaar, Het rulle spoor nog zichtbaar, De kar is al verdwenen. Ja, alles gaat, verdwenen Wat over is gebleven Is lief maar onvoldoende Om op te leven.
1:57

GEDICHTEN OP MUZIEK 2
GEDICHTEN OP MUZIEK 2
'WONINGLOZE', een gedicht van J. Slauerhoff op muziek van Jacob de Haan door het collectief 'VASALIS'. Hier in de bezetting van Ingrid Zeegers en Geert Peters zang en het symfonisch blaasorkest Hochschwarzwald olv Jacob de Haan.
5:57

Tacoma Narrows Bridge Collapse "Gallopin' Gertie"
Tacoma Narrows Bridge Collapse "Gallopin' Gertie"
Watch the amazing "Gallopin' Gertie" November 7, 1940 film clip. 1940 Tacoma Narrows Bridge Slender, elegant and graceful, the Tacoma Narrows Bridge stretched like a steel ribbon across Puget Sound in 1940. The third longest suspension span in the world opened on July 1st. Only four months later, the great span's short life ended in disaster. "Galloping Gertie," collapsed in a windstorm on November 7,1940. The bridge became famous as "the most dramatic failure in bridge engineering history." Now, it's also "one of the world's largest man-made reefs." The sunken remains of Galloping Gertie were placed on the National Register of Historic Places in 1992 to protect her from salvagers. A dramatic tale of failure and success The story of the failure of the 1940 Narrows Bridge and the success of the Current Narrows Bridge is a great American saga. When Galloping Gertie splashed into Puget Sound, it created ripple effects across the nation and around the world. The event changed forever how engineers design suspension bridges. Gertie's failure led to the safer suspension spans we use today.
3:10

Schuim en as
Schuim en as
Korte found footage film Schuim en as naar de gelijknamige roman van J. Slauerhoff. regie: Erik de Bruyn
1:31

Zeekoorts
Zeekoorts
Zeekoorts Ik moet weer op zee gaan, een goed schip en in 't verschiet Een ster om op aan te sturen, anders verlang ik niet. Het rukken van 't wiel, 't gekraak van het hout, het zeil ertegen, Als de dag aanbreekt over grauwe zee, door een mist van regen. Want de roep van de rollende branding, brekende op de kust, Dreunt diep in het land in mijn oren en laat mij nergens rust, 't Is stil hier, 'k verlang een stormdag, met witte jagende wolken En hoogopspattend schuim en meeuwen om kronk'lende kolken. Ik ben een gedoemde zwerver, waar moet ik anders heen? Maar gelaten door de wind gaan, weg uit de stad van steen. Geen vrouw, geen haard verwacht mij. Ik blijf ook liever zonder. 'k Heb genoeg aan een pijp op wacht en een glas in 't vooronder. J. Slauerhoff met een schilderij van Piet de Winter Voordracht Piet de Winter Meer schilderijen van Piet de Winter :www.pietdewinter.exto.nl
1:16

JC Bloem - gedicht - De Dapperstraat
JC Bloem - gedicht - De Dapperstraat
Bespreking gedicht: Gedicht: JC Bloem, De Dapperstraat. In: Quiet though sad, 1946 Foto's Dapperstraat: Beeldbank/Stadsarchief Amsterdam Voordracht: Rozemarijn van Leeuwen, 2010 Jakobus Cornelis (Jacques) Bloem (1887-1966) debuteerde in 1921 met de bundel Het verlangen. In zijn zesde bundel Quiet though sad van 1946 staat het hier voorgedragen gedicht De Dapperstraat. Het is een sonnet met slechts vijf rijmwoorden. Bloem is bekend als de dichter van het onvervulde verlangen, het overweldigende besef van de vergankelijkheid en de onontkoombaarheid van de dood. In dit sonnet zijn deze thema's echter niet te vinden, de ik-persoon is zelfs 'domweg gelukkig'. In de eerste twee strofen worden natuur en de stad tegen elkaar af gezet. De stad wordt geprefereerd boven de natuur. Natuur is voor 'tevredenen of legen' en stelt bovendien weinig meer voor in ons land. De ik-figuur heeft een voorkeur voor water dat door kaden wordt afgebakend en wolken zijn op hun mooist als ze omlijst worden door zolderramen. In de eerste helft van het gedicht worden natuur en stad dus tegen elkaar afgezet, waarbij de stad boven de natuur wordt gesteld. De tweede helft van het gedicht speelt zich dan af op een specifieke plek in een stad: de Dapperstraat (een straat in Amsterdam). In die twee laatste strofen komt de ik-persoon tot een gedachte, een inzicht, in een regenachtige Dapperstraat en hij voelt zich op dat moment 'domweg gelukkig'. Deze ik-figuur heeft geen natuur nodig voor inspiratie, wat bij <b>...</b>